Een serie van vier artikelen over paarden voor lifestylemagazine Seasons. Dit artikel verscheen zomer 2017. Het heet: de windhond onder de paarden. Een fragment uit het artikel. Foto’s zijn van Amke.

Intelligent, mensgericht en met een elegante uitstraling: in het Drentse De Wijk fokken baron en barones De Vos van Steenwijk Akhal-Tekepaarden. Schitterende, slanke en snelle volbloeden, die oorspronkelijk op de steppes van Turkmenistan leefden.

De bewoners van Turkmenistan zijn oorspronkelijk rondtrekkende nomaden. Het zijn echte ruiters; cavaleristen en boogschutters. De paarden die ze fokken passen bij het leven in Turkmenistan, het zijn geharde, windhondachtige, volbloeden. Het ras heet Akhal Teke, Teke is de naam van de nomadenstam, Akhal is de naam van de oase waar de nomaden woonden. De Akhal Teke is het nationale symbool van Turkmenistan en staat trots in het staatswapen van het Aziatische land.
De meeste Akhal Teke’s vind je tegenwoordig niet meer in Turkmenistan, maar in Rusland. In de tweede helft van de negentiende eeuw was Turkmenistan door Rusland veroverd, en alhoewel het ras eerst erg leed onder de verovering van de Russen, gingen de Russen later juist Akhal Teke’s fokken. Dat had ook als voordeel dat de Russen zich ingezet hebben om het hele stamboek op schrift te stellen.
Toen mijnheer en mevrouw De Vos van Steenwijk in Rusland woonden, leerden ze het ras kennen. Ze vielen voor de adellijke uitstraling en de wijsheid van de paarden. Mijnheer de Vos van Steenwijk legt uit: “De Chinezen noemen het hemelse paarden.”

Actief
Tegenwoordig wonen mijnheer (81) en mevrouw (79) De Vos van Steenwijk in het fraaie landhuis in De Wijk, Drenthe, dat uit de familie komt. Beide echtelieden komen uit een diplomatenfamilie. Mevrouw De Vos van Steenwijk werd in Kopenhagen geboren, mijnheer in Berlijn. Ze zijn bepaald niet stil gaan zitten na hun pensionering, zo zijn ze daags druk met het verzorgen van de meer dan twintig paarden, de prachtige rozenstruiken in de grote tuin en met familieleden die langskomen voor de lunch of kleinkinderen die kamperen in de tuin. Het loopt allemaal door elkaar.
Mijnheer en mevrouw De Vos van Steenwijk groeiden op in het buitenland, waar vooral elegante, snelle volbloedpaarden waren, als rijpaard en voor renwedstrijden. Hierdoor gingen ze in hun jeugd al van volbloeden houden. In die tijd waren er in Nederland vooral zware paarden, die werkten op het land. Mevrouw De Vos van Steenwijk reed in haar jeugd op Criollo’s en Anglo-Arabische polopaarden in Argentinië. „Ik was tien toen we in Argentinië gingen wonen en daar kreeg ik een paard. Mijn vader ging met me rijden. Er waren Deense en Poolse Olympische ruiters als instructeur.” Mijnheer De Vos van Steenwijk reed als tienjarige op Hongaarse volbloeden. „In Hongarije reden we op paarden die als zeven-, achtjarige van de renbaan kwamen en rij- of menpaard werden. We zaten er op met een dekje met stijgbeugels en zonder singel. Daar leer je wel van zitten!”
Ze ontmoetten elkaar tijdens hun studententijd in Genève. Mijnheer De Vos van Steenwijk wou journalist worden en vooral geen diplomaat, maar uiteindelijk reisde ook deze De Vos van Steenwijk samen met zijn vrouw de hele wereld over om diplomatieke functies te vervullen.

Liefde in Rusland
Mijnheer De Vos van Steenwijk was ambassadeur in Rusland van 1993 tot 1999. In Rusland zagen ze voor het eerst Akhal Teke paarden. Mevrouw De Vos van Steenwijk: „Steeds als we ergens paarden gingen kijken en we zagen een paard dat ons ontzettend aansprak, en we keken op het naambordje van de boxdeur, was het een Akhal Teke.”
Toen ze na afloop van deze periode teruggingen naar Nederland, volgden al snel zes Akhal Teke’s naar de Drentse weilanden. Deze paarden zijn de grondleggers van Stoeterij Argamak.